Schrijf in eenvoudig, makkelijk te begrijpen Nederlands. Dit is het Europees vastgestelde taalniveau B1 dat 95% van de Nederlanders begrijpt. B1 is niet simplistisch of kinderachtig taalgebruik (‘Jip en Janneke’) maar vooral beknopt en eenduidig. Overigens: deze tekst heb ik met de Accessibility Leesniveautool getest en komt uit op niveau B2, wat betekent dat maximaal zo’n 30% van de Nederlanders zonder moeite begrijpt wat hier staat… Hieronder wat tips om het zelf beter te doen:
- Beschrijf per artikel 1 onderwerp: schrijf anders nóg een artikel.
- Gebruik ‘ankers’: kopjes, witregels en ‘bulletpoints’; dit zijn stapstenen voor sneller lezen.
- Hou het kort: lange zinnen zijn onzinnen.
- Hoe concreter, hoe beter: gebruik geen metaforen.
- Geen jargon: dus in de vorige zin zou ‘beeldspraak’ een goed alternatief zijn geweest voor metaforen.
- Schrijf cijfers als getallen: voor sneller lezen (en hogere betrouwbaarheid).
- Geen afko’s: die vertragen het lezen. Schrijf een afkorting de 1e keer voluit.
Taakgerichte taal
Gebruik ‘taakgerichte’ taal wanneer je een tekst schrijft of aanpast (redigeren). Dat betekent dat je voordat je begint met schrijven je afvraagt: wat moet de tekst doen? Bijvoorbeeld: informeren, overtuigen, aanzetten tot kopen of downloaden. En dat je daarna controleert: en doet die tekst dat ook? Nog een aantal handigheidjes:
- Bedenk wie je ‘ideale klant’ is: focus daarop je meest relevante informatie.
- Welke waarde voeg je toe: geef aan waarin jouw aanbod zich onderscheidt.
- Hou het simpel: eenvoudige teksten worden eerder en vollediger gelezen.